Fietsclub De Markies Plus heeft wel een heel bijzonder 15-jarig Jubileum gekregen. Als ware VIPs werden ze ontvangen door de 1e Schepen van Diest.
Soms kunnen mooie dingen zo eenvoudig tot stand komen. Een ontmoeting tijdens een vakantie in Spanje tussen twee mensen leidde er toe dat een hele Bergse wielerploeg op VIP bezoek mocht bij de Belgische gemeente Diest. Het werd een dag om niet te vergeten.
Chris Chapel is lid van de fietsclub De Markies Plus, een groep vijftigplussers die wekelijks behoorlijk wat kilometers wegrijden. Marc Florquin is 1e Schepen te Diest, en zie daar hebben we de twee mensen wiens paden elkaar toevallig kruisten in de vakantieperiode. Op de nieuwjaarsreceptie van de fietsclub werd besloten om iets speciaals te organiseren. De contacten met de stad in Vlaams-Brabant maakten het mogelijk om er iets unieks van te maken. De Heer Marc Florquin regelde een heuse VIP behandeling voor de hele groep. Dat hield dus in een rondleiding in de stad, ontvangst op het stadhuis. En natuurlijk werd ook de inwendige mens keurig verzorgd met een natje en een droogje. Het makkelijkste is natuurlijk om gewoonweg in de auto te stappen en de snelweg te kiezen voor de snelste route. Maar de fietsclub bestaat natuurlijk uit eigenwijze mensen die altijd wel een andere manier weten te vinden. En dus werd er gekozen voor de fiets. Op 21 september vertrok er al vroeg in de morgen een groep wielrenners. Onderweg sloten nog wat leden aan die uit Hoogerheide en Osendrecht kwamen, en men was compleet. De tocht was maar liefst 120 kilometer lang, bijna een heuse Tour de France etappe. En denk maar niet dat de mannen er een rustig peddel tempo er op na houden. Je moet echt wel getraind zijn om ze bij te kunnen houden. Via het park van Brasschaat en Schoten ging de route langs het Albertkanaal. Voor de lunchpauze werd gekozen voor een etablissement op de grote markt in Herentals. Daarna werd het kanaal nog een stukje gevolgd om vervolgens af te buigen naar het zuiden. Vlak voor Diest wachtte hen nog een laatste beproeving; een helling die je tot diep in je kuiten voelde, maar niemand gaf op. En zo bereikten ze halverwege de middag Diest. Een stop bij het lokale zwembad leverde douche gelegenheid, en men was klaar voor de rest van de dag. De club had geluk, er viel slechts één lekke band te repareren, en het was goed weer. Ook de dames mochten mee, zij werden per bus vervoerd en hadden al een bezoek aan het lokale Begijnhof gebracht. De ontvangst door de 1e Schepen van Diest was indrukwekkend te noemen. Zoveel Bourgondische gastvrijheid moest natuurlijk beloond worden. Daarom overhandigde de fietsclub een ingelijste foto van De Bergse Peperbus in Vastenavenduitdossing. Er gaan al stemmen op, ‘volgend jaar weer’?
Fietsclub De Markies PLus had een hoogtepunt met zo’n mooie viering van het 15-jarig jubileum. Alle leden, inclusief de meegereisde dames, hebben een geweldige dag gehad. De ontvangst in Diest is door allen als bijzonder warm en hartelijk ervaren. Dank aan de 1e Schepen, Marc Florquin, hiervoor.
Wie nog nooit van Diest gehoord heeft, moet beslist eens een kijkje gaan nemen. Diest is een warme Bourgondische stad met veel fraaie historische panden. Zo is er bijvoorbeeld een begijnhof dat op de werelderfgoedlijst van de UNESCO genoteerd staat. Maar Diest is ook een Oranje stad. In 1499 kwam Diest door ruil in het bezit van Engelbrecht II van Nassau, graaf van Nassau. Een van zijn opvolgers, René van Châlon, voerde ook de titel Prins van Oranje. Zo bleef Diest eigendom van het huis Oranje-Nassau tot 1795, toen de Zuidelijke Nederlanden bij Frankrijk werden aangehecht. De oudste zoon van Willem van Oranje, Philips Willem, ligt er begraven in de Sint-Sulpitiuskerk. Heden ten dage voert koningin Beatrix der Nederlanden nog steeds de adellijke titel Barones van Diest. Diest maakt samen met Breda (NL), Buren (NL), Dillenburg (D), Orange (F) en Steenbergen (NL) deel uit van de Unie van Oranjesteden. De stad Diest heeft stadsrechten sinds 1229, uitgereikt door Hendrik I, Hertog van Brabant. Gezien de fortificaties van de stad is het niet opmerkelijk dat Diest over een heuse citadel beschikt. De stad heeft dan ook een roerig verleden gekend. Vele oorlogen hebben tot verwoestingen en plunderingen van de stad geleid. Maar nog altijd is Diest een florerende stad met vele bezienswaardigheden die bewaard zijn gebleven. Het begijnhof is ook het tafereel voo een jaarlijkse Antiek- en curiosa markt. Een evenement dat veel mensen trekt. Ook wordt er elke maand een boekenbeurs gehouden. In alles toont de stad haar Bourgondische karakter, dus het zou zo maar een zusterstad van Bergen op Zoom kunnen zijn. Een bezoekje aan Diest is absoluut de moeite waard.
Fotograaf Chris Chapel (foto's beginnende met Diest), en Harm Kuipers (foto's beginnend met Fietstocht)