Page 90 - Flipbook introductieboekje
P. 90

geklommen om uit de buurt van dat werktuig
          te blijven. De boom zwiepte echter vervaarlijk
          en Dirk dreigde de grip te verliezen. Angstig
          zocht hij naar een uitweg. Hij kreeg een idee,
          er liep een grotere tak aardig verticaal over een
          van de tussenpaadjes tussen de bomen. Als hij
          het nu eens waagde, een sprong naar die ande-
          re boom? Hij zou dan een kleine afstand tussen
          hem en de boer hebben. En als hij dan snel op
          de grond geraakte, zou de boer hem nooit meer
          kunnen achterhalen. Hij kon immers veel har-
          der lopen dan die oude boer. Zijn maten waren
          al verdwenen. De  lafaards,  die  kreeg hij  nog
          wel.


          Dirk  wachtte  tot  de  boer  aan  de  andere  kant
          van de boom stond, dan maakte hij een reuzen-
          sprong. De veerkracht van de tak gaf hem een
          extra zet, en met een grote boog dook hij naar
          de  andere appelboom. Zo snel hij kon, klau-
          terde hij naar beneden. Ja, hij zou het redden,
          hij was die schreeuwende boer te snel af. Hij
          sprong op de grond en maakte zich op om weg
          te hollen, zo hard hij maar kon. Maar hij had
          buiten de riek van Bartje Boeboe gerekend. De
          tanden beten zich vast in zijn broek ter hoog-
          te van zijn enkels. Met een ruk lag hij plat op
          zijn snuit. Hij voelde het ijzer aan zijn enkels.
          De kleine Dirk gaf zich niet gewonnen, hij gaf
          een ruk met zijn been en nog een. Dat was te
          veel voor de stof van zijn broek, die dan ook

                               90
   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95