Halsteren was de eerste bestemming.
Ze komen niet uit Bergen op Zoom maar uit Lepelstraat al is hun bouwkot in Halsteren te vinden. B.C. De Waterstraot maakt al jaren merakels mooie bouwsels. Ook op deze zondag was er een groep hard aan het werk. Het belooft weer een fraaie wagen te worden. “We liggen op schema, .. ongeveer.” Kregen we te horen.
Bouwclub De Sloffe heeft er zin in. “Weet je, met dit weer kun je de boel lekker buiten laten drogen.” De club neemt dit jaar deel aan de optocht met een stel reuzen. De mannen hebben er zin in want…. “We hebben dit jaar ook nieuwe truien.” Maar gezien het geklus en de aard van de bouwsels hebben er heel wat nog hun oude trui aan.
Het is een pop, weliswaar een reus van een pop maar toch. Toch zit er veel meer werk dan dat je denkt. De onderhuidse constructie is dusdanig dat de drager die er in kruipt veel bewegingsruimte heeft. Zo kan de reus natuurlijk buigen en dansen en daarmee hoopt de club ook punten te scoren tijdens de optocht.
“Dit zijn mooie dagen om allerlei kleine klusjes op te pakken.” Onder die kleine klusjes behoort ook het in orde maken van de elektrische installatie. “Voorheen hadden we elke wagen weer een op maat gemaakte installatie. Nu probeer ik een aantal componenten zo te maken dat ze elk jaar gebruikt kunnen worden.” Het zijn de elementen van een bouwwagen die je tijdens de optocht nooit te zien krijgt.
Bij Bouwclub De Krabbekweekers is ook de jeugd druk aan de slag. Kimberly (rechts) en haar vriendin zijn de individuele poppen aan het schilderen, een werkje dat de nodige concentratie vergt. Het is goed om de jeugd zo bezig te zien want zij zijn de toekomst bij de Bergse bouwclubs. Er zijn trouwens nog heel wat clubs die nieuwe leden kunnen gebruiken, dus meldt je aan!
De Krabbekweekers gooien het dit jaar op de sportieve toer. Ze kijken al vooruit naar de toekomst wanneer alle Bergse voetbalploegen fuseren. Het levert in ieder geval hele kleurrijke plaatjes op en dat moet wel een heel mooi gerijke worden als deze wagen in de optocht aan ons voorbij komt.
Laagje voor laagje wordt aan de gestalte toegevoegd. Als je even staat te kijken krijg je pas door hoeveel werk dat er in zo’n bouwwagen gaat zitten. En daar zijn nu precies dit soort open dagen voor zodat je een inkijkje krijgt in wat er allemaal bij komt kijken.
Als het lekker weer is, met name droog, dan kunnen de spullen ook gewoon buiten opgesteld worden. Dan pas zie je eigenlijk hoe kleurrijk al deze bouwsels zijn. En als we praten over dit soort formaat dan zijn het nog eens leuke hebbedingetjes ook. Veel mensen zijn dan ook na de optocht er als de vinken bij als dit soort onderdelen verkocht wordt.
Mensen laten zich graag uitleggen wat het idee achter zo’n wagen is, wat er allemaal onderhuids plaatsvindt en gaan dan op zoek naar elk detail. De waardering voor de bouwclubs kun je proeven. Het is dan ook een heel proces en traject van bouwtekening tot het resultaat dat over een paar weken weer door tal van straten in de regio zal rijden. Zo was er ook een klein jochie. Hij was een echte voetbalfan, met name PSV, en keek dus zijn ogen uit bij de wagen van de Krabbekweekers. Hij wilde dan ook alles weten over de wagen, wie de voetballers eigenlijk waren en nog veel meer. Met veel geduld werden al zijn vragen beantwoord en werd er op de details gewezen zoals de gele en rode kaarten die de scheidsrechter in zijn hand hield.
Wie eenmaal onder de ‘huid’ van een Vastenavendwagen gekeken heeft weet dat er daar zware chassis, zware draaiende onderdelen en nog zwaardere constructies te vinden zijn. Daarvoor heb je natuurlijk ook de zware machinerieën nodig om dit alles te bewerken. Veel bouwclubs zijn dan ook goed voorzien om het allemaal mogelijk te maken.
Bij de collega’s een kijkje nemen, dat is wat er ook vaak gebeurt tijdens zo’n open dag. Zo was de meerderheid van B.C. De Waterstraot dus gewoon op het Conterscherp te vinden terwijl enkele bouwleden gewoon aan het ploeteren waren in het eigen bouwkot in Halsteren.
Een klein meisje liep heel stoer met een zware hamer rond. “Ik mag hier ook bouwen.” Vertelde ze trots. Over de naam van haar bouwclub moest ze wel even nadenken:”Agge Mar Leut Et, geloof ik.” Zei ze terwijl ze lachend poseerde naast één van de poppen die straks in de optocht te zien is.
Er werd druk gewerkt maar er liep ook constant publiek binnen die wilden kijken, vragen wilden stellen of aan hun kids vertelden wat er hier allemaal te zien was. De club had op het bezoek gerekend want ze liepen constant met een theekan rond. Alleen het goedje wat er uit kwam leek verdacht op een of ander glühweinachtig drankje waar de rook van af kwam.