Een blik op de toekomst van ‘De Zeeland”. Zaterdagochtend om 11:00 uur werden de aanwezigen ingelicht over de stand van zaken met betrekking tot het in verval geraakte gebouw.

 

Voorzitter Andre Blom van de Vereniging Binnenstad Bergen op Zoom had het initiatief genomen tot deze lezing in het Zwijnshoofd. Zodra je het café binnenloopt wordt al duidelijk dat er behoorlijk wat animo voor deze presentatie is. Buiten een aantal leden van de vereniging zijn er ook mensen uit de Bergse raad en nog een aantal belangstellenden. De Heer Ir. Edzard Prent was aanwezig om namens eigenaar de Gebri de plannen uiteen te zetten. Allereerst begon zijn betoog met de historische waarde van het pand. Aan de ene kant zijn er lobbyisten die vinden dat alles plat gegooid moet worden om eindelijk eens plaats te maken voor nieuwe ontwikkelingen, aan de andere kant zijn er behoorlijk wat voorstanders voor behoud van een dergelijk historisch pand. En historische waarde heeft het zeker, met een rijke geschiedenis. De heer Prent zoomt in op de functie als suikerfabriek, met inbegrip van het gebruik van de verschillende ruimten. Echter nadat het nog een poos als opslag van defensie gediend heeft komt het in 1988 in handen van de gemeente Bergen op Zoom en begint het echte verval. Tegenwoordig staat het geheel er erg bouwvallig bij met bij voorbeeld een dak dat een gevaar vormt om je in het pand te begeven. Verder staat er alleen nog maar een bakstenen omhulsel, omdat de rest gesloopt is door vandalen. Sinds eind jaren tachtig zijn er ook al tal van discussies ontstaan rondom de toekomst van het complex. Diverse luchtkastelen zijn gebouwd en vervolgens weer neergeschoten. Na lang wikken en wegen is Gebri over gebleven en heeft het geheel aangekocht. Nu nog de invulling zou je denken. De Heer Prent presenteert een plan waarbij opmerkelijk veel van de buitenkant gehandhaafd blijft. De muren blijven intact, er worden nieuwe gietijzeren ramen aangemaakt, en met name de constructie van de gebouwen blijft in stijl met de historie. De middelste hal wordt omgevormd tot een soort grand entree die de mensen de beide andere hallen inleidt. Ondanks dat het geheel van de middelste hal een glazen ombouwing krijgt, blijven ook hier de karakteristieken van het oude pand bewaard. Buitenramen mogen niet ontsierd worden met posters van winkels en dergelijke, en ook de buitenwanden blijven vrij van dit soort afbraak attributen. De aanbouwen aan het oude complex staan niet direct haaks of in rechte lijn met de oud Zeeland. Ze vormen een lichte hoek, juist om het verschil tussen de historische gebouwen en de nieuwbouw te benadrukken. Zo wordt er een magazijn voor de nieuwe supermarkt aangebouwd aan de noordkant, echter op dusdanige manier dat het eventueel later weg gehaald kan worden zonder afbraak aan De Zeeland te doen of blijvende schade toe te brengen.

De binnenkant van de gebouwen wordt een ander verhaal. Er wordt gebruik gemaakt van doos in doos constructies, wat inhoudt dat er binnen in de winkelunits geen karakteristieke elementen terugkomen, behalve in de verbindingsstukken naar de centrale hal. De eerste belangrijke ‘bewoner’ van het complex is een AH XL. Verdere invulling moet gevormd worden uit meubelwinkels, detailzaken, en een horeca. Waarbij de Gebri direct bezweert dat dit geen gevolgen heeft voor de winkels in de binnenstad. “Dit zal geen zuigkracht vanuit de binnenstad tot gevolg hebben. Dit zouden wij zeker niet tolereren omdat wij daar ook onze belangen hebben”. Als streefdatum wordt eind 2012 genoemd voor de opening. Tot dan is er nog veel te doen, en moet er nog veel ingevuld worden. De invulling, daar van is duidelijk dat er nog veel onduidelijk is. Laten we Gebri de kans en tijd geven om zich te bewijzen. De bouwplannen zijn met veel respect voor de historische waarde van de buitenkant van Zeeland complex ontworpen, en dat verdient waardering. Het is nu aan Gebri om te bewijzen dat dit niet een nieuw plan is, in de rij van zo velen eerder, dat gedoemd is om in rook op te gaan.