Page 18 - Over Berrege gesproken
P. 18

In aanvaring met Koninklijke troepen







         Hij liep onder de stadspoort door de stad in. De kreten van
         armzalige zielen gaven blijk van de nieuwe functie; een
         gevangenis. De stad was duidelijk aan het groeien. De
         aarden buitenwallen werden versterkt tot een stenen
         bescherming. Op de Grote Markt kreeg de grote kerk
         steeds meer gestalte en de Heer van de stad, Koning Jan
         van Glymes III vond het nodig om zijn hof uit te breiden.
         Ratelende wielen gaven hem de boodschap maar beter
         enkele passen opzij te doen. Hij was op weg naar de Grote
         Markt waar het vandaag jaarmarkt was. Er zouden
         luchtschepen vanuit alle windstreken komen.

         Hij kreeg er zowaar dorst van en een maaltijd zou er ook
         wel in kunnen. Hij stapte het plein over en zette zich neer
         bij De Draak. Van hier uit had hij een mooi uitzicht op het
         stadsplein. Hij bestelde een forse kruik bier en bedacht
         wat hij wilde eten. De serveerster lachte vriendelijk terwijl
         ze stond te wachten om zijn bestelling op te nemen.
         “Weet je, het is een goede dag geweest, dus doe voor mij
         maar eens een lekker stuk paardenvlees met brood. En
         laat de jus maar rijkelijk vloeien.” Bij de gedachte alleen al
         liep het water hem in de mond. Hij zat op de hoek van het
         terras en had een heel tafeltje voor hemzelf. Toen de
         serveerster hem zijn maaltijd bracht bestelde hij nog een
         kruik bier en betaalde haar contant.
   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23