Page 18 - Dagboek van een schrijver
P. 18
In gesprek met –
Bert Bevers
Februari 2012
Zelf heb ik ook wel eens de neiging om mijn gedachten aan het papier toe te vertrouwen, en
ik waag dan ook de gok door Bert een en ander te laten zien. Opvallend is de manier waarop
hij zijn commentaar daar op levert. Het is duidelijk dat er in zijn ogen wel iets aan schort,
maar hij brengt het op een dusdanig positieve manier dat je er verder over na gaat denken.
Het helpt je echt vooruit. Bert schrijft soms recensies, maar zijn rol daarin is heel duidelijk
voor hem:”Ik schrijf alleen recensies als ik er helemaal achter sta, als ik daar een positief
gevoel over heb. Wat heeft het immers voor waarde om heel negatief over een werk te zijn.
Dat is alleen maar afkraken, en ik wil juist iets positiefs meegeven. Iets waar ze wat aan
hebben”. Toch maakt dit gedeelte van het gesprek dat we hebben ineens duidelijk dat het
heel moeilijk is om in essentie te benoemen wat nu poëzie is. “In feite is een rijmpje ook
poëzie”, merkt Bert op. “Er hoeft geen logica in een gedicht te zitten. Je voelt zelf wanneer
het goed is. Het is dan ook de kunst om voor jezelf te kunnen zeggen ‘afblijven nu, het is
goed’. Dat is dan die ene versie waar ik het over had, dat origineel”. Er kan een groot
verschil zijn tussen verschillende dichtwerken van verschillende dichters. Daarom merkt
Bert ook op dat er heel veel verschillende niveaus zijn, en dat is vrij snel duidelijk als je
diverse werken leest. Voor Bert is dit zo klaar als een klontje, en eigenlijk als we zelf kritisch
lezen komen we ook tot diezelfde conclusie. Maar er blijft altijd dat grijze gebied, en
natuurlijk heeft iedereen een persoonlijke mening.
18