Bij het bestuur van het Natuurhistorisch en Volkenkundig Museum in Oudenbosch (NVMO) is draagvlak voor de aangepaste invulling van het te vormen cultuur- en erfgoedcentrum Saint Louis.

In het voorstel blijft het museum bijeen op de eerste verdieping. Wel blijven enkele kritische noten staan.

 

Eind januari zond het museumbestuur van het NVMO een stevige brief naar de gemeente inzake het voorgenomen besluit over de invulling van het nieuwe cultuur- en erfgoedcentrum. Het bestuur was het oneens met een nieuw soort cultureel centrum met daarin slechts de ingrediënten van de huidige cultuurdragers.

 

Het NVMO is eigenaar van de collecties en niet van zins om deze over te dragen aan een (nieuwe) organisatie die zijn bestaansrecht nog moet bewijzen en waarvan we geen idee hebben of deze hiermee verantwoord kan en zal omgaan. Ook was het bestuur het oneens met het opknippen van de collecties.

 

Mede naar aanleiding daarvan vond op 27 februari een gesprek plaats met de wethouder en de projectleider en werd een nieuw plan op tafel gelegd. In dit voorstel is ondermeer het uitgangspunt dat er geen versnippering plaatsvindt van de beide musea (NVMO en Zouavenmuseum). Het NVMO komt als geheel op een deel van de eerste verdieping.


Dit voorstel oogt realistischer dan de eerder ter tafel gebrachte opties. Het museumbestuur ziet het unaniem als een positieve ontwikkeling die zowel het NVMO meer recht doet en die de slagingskans van het nieuwe cultuurcentrum vergroot.

 

Wel is benadrukt dat het genoemde aantal vierkante meters nog niet geheel voldoet. Het bestuur houdt er aan vast dat verhoging van dit aspect essentieel is.
Verder is genoemd dat financieel rekening gehouden dient te worden met kosten voor verhuizing van het museum (inclusief verplaatsing cq opbouw van historisch interieur), alsmede klimaatgestuurde expositie- en depot- ruimten (en vooral toereikende depot-/werkruimten, die overigens niet per definitie naast de expositieruimten hoeven te liggen).